Op deze eerste woensdag van het nieuwe jaar willen we graag een gedicht over Rembrandt met jullie delen! Wim Hofman zal waarschijnlijk aan Rembrandts schilderij ‘Landschap met stenen brug’ hebben gedacht toen hij dichtte:
Bij de stenen brug
De boom, het pad, het huis, de wolkenlucht,
al die dingen waren hier, toen,
ze zijn hier nog, er is geen weg vooruit,
nog terug. Het licht overspoelt
de brug en de boom in het midden en alles is anders dan we denken en alles is hetzelfde.
Mensen zijn veegjes verf, zij koken
gaar in eigen sop en roeren in de drab
die verf is, rauwe omber, zwarte gal,
ze hebben geen tijd, ze hebben niets
te willen, de wind steekt op en
houdt meteen de adem in, de licht trekt dicht,
geen einde komt aan het doodstille
gillen van de boom.
De boom staat perplex.
De boom is een explosie
van verbazing. Zoveel donker
dat om licht smeekt, licht
dat schreeuwt om duisternis,
het kan niet zonder. Hoe dieper
het donker, hoe feller het licht
en de tijd kent geen genade.
Rembrandt, Landschap met stenen brug, ca. 1658. (Rijksmuseum, Amsterdam).